De Kure

 

 

“De Kure”, een in Westenschouwen gelegen stukje grond ingesloten tussen Camping “Duinoord aan Zee”, Duinweg (Kraaijensteinweg), Steenweg en de behuizingen aan de Westenschouwenseweg waarvan Toledo’s Hoeve er een is. Een groot stuk “Kure” was oorspronkelijk grond van hoeve "Duinoord" die echter door verkaveling terecht was gekomen bij de Burgerlijke Instelling voor Maatschappelijke Zorg en daarna vanaf 1927 gepacht zou gaan worden door B. Th. Boot, die in huize "Iris", gebouwd in 1924, woonde. De grond was niet van zo'n beste kwaliteit, maar de Indische kers deed het er in ieder geval prima alsmede de bollen van o.a. de narcis en iris.

In het jaar 1952 kwam het voorstel dan ook dat de gemeente dit aangeboden stuk bouwgrond zou gaan kopen. Het betrokken stuk bouwgrond stond geprojecteerd op het in wording zijnde uitbreidingsplan voor de bouw van zomerhuisjes en bij aankoop zou de gemeente over kunnen gaan tot het bouwrijp maken hiervan en daarna het uitgeven aan diverse personen voor de bouw van zomerhuisjes. De prijs welke hiervoor werd gevraagd, werd aannemelijk geacht, terwijl een begroting voor het bouwrijp maken werd opgemaakt. Na besprekingen hierover werd besloten ‘onder nadere goedkeuring’ het betrokken perceel bouwgrond aan te kopen en het te bestemmen voor de bouw van zomerhuisjes.

Maar eer het zover was, de bouw was nog niet begonnen, was er de watersnoodramp van zaterdag 31 januari op zondag 1 februari 1953. Terwijl het water nog steeds binnendijks stond werden op de droog gebleven gebieden zoals “De Kure” te Westenschouwen, Duinpolder te Nieuw Haamstede en aan de Duinweg te Renesse al in het najaar 1953 begonnen met de bouw van Oostenrijkse geschenkwoningen. Met Noorse, Zweedse en Deense geschenkwoningen kon pas in 1954 en 1955 worden begonnen toen de infrastructuur enigszins weer terug was. Zo was o.a. “De Kure” met 21 geschenkwoningen een van de eerste Oostenrijkse woonkernen in Zeeland. En wie zou verwachten dat deze houten woningen, waar zelfs als een douche aanwezig was,  er niet lang zouden staan zijn bedrogen uitgekomen. Pas in 2018 is de laatst overgebleven originele woning verbouwd tot nieuwbouw. Evacués zal u hier niet meer aantreffen. Op een paar na zijn het alle recreatiewoningen geworden die aardig zijn uitgebouwd wat ook mogelijk was. De geschenkwoningen hadden immers een overvloed aan grond, met de bedoeling dat deze werden gebruikt als moestuin wat wel een essentieel onderdeel van het huishouden was tijdens die barre jaren.

Al vanaf het begin in de jaren 60 werd er door B&W onder de aandacht gebracht dat er huurders waren die zelden in hun woningen aanwezig waren. Vooral in de zomer periodes, zo merkte iemand op, werden de woningen doorverhuurd als vakantiewoning. Het was een teer punt bij de begrotingsbehandeling want de kwestie van de Oostenrijkse woningen, destijds als onderkomen voor de rampslachtoffers bedoeld. Bij de overdracht is toen evenwel bedongen, dat deze houten huizen naderhand, dus niet vrijblijvend, zouden worden bestemd voor zomerverblijf. De moeilijkheid is evenwel, dat ook een deel van deze Oostenrijkse woningen steeds werd gebruikt voor permanente huisvesting van woningzoekenden. Aan de ene kant een „achterdeurtje" voor de gemeente, maar anderzijds ongetwijfeld ook een rem voor de toewijzing van woningwetwoningen en andere bouw. Bovendien ontstonden er regelmatig conflictsituaties voor de permanente bewoners en de gegadigden voor een zomerverblijf. Steeds weer trachtte de gemeente daarin te bemiddelen, maar dat de zaak af en toe wel eens wrong was duidelijk. Men haalde op dit punt een aantal brieven van het gemeentebestuur aan de bewoners aan met zeer korte ontruimingstermijnen. Uit woorden viel verder op te maken, dat de zomerhuurders vaak „vogelvrij" worden verklaard. Kortom, een ingewikkelde materie, die B&W  gedocumenteerd moest uiteenzetten in een aparte nota welke o.a. inhield dat er een ontruimingstermijn zou komen voor de recreatiehuurders. Per 1 januari 1963 moesten zij de Oostenrijkse woningen hebben verlaten omdat B&W één firma als verhuurder aan wilde stellen. Het was een hekel punt. Aan de ene kant was er een recreatieplanning op de woningen en aan de andere kant waren deze woningen ook een goede opstart voor b.v. pas stelletjes met trouwplannen. Om aan al dat gesteggel een einde te maken werd er één nieuwe lijn getrokken. Niemand kon nog aanspraak maken op een woning. Ook de bestaande huurders, wel of geen eigen verbouwingen gepleegd hebbende, alles werd op de wip gezet. Vanaf dat moment zou toewijzing van de woningen worden verloot. Je kan begrijpen dat dit plan veel onbegrip kende.

Kuria: Het Convent van Strandpastoraat met hun 3 dimensies: God, Kerk en Natuur.

In juli 1960 werd ook het ontmoetingscentrum „Kuria" te Westenschouwen geopend door ds. Don uit Burgh in aanwezigheid van een aantal genodigden. Het gebouwtje, te zien midden-onder op de foto, dat plaats bood aan ongeveer veertig personen, is ontstaan uit een fietsenloods, die destijds op de Kure was gebouwd, maar zeer weinig werd gebruikt. Er was een zeer fraai juweeltje van bouwkunst ontstaan en een gezellig, huiselijk zaaltje met een rustige zit rondom in het hout. Alles was gloednieuw, proper en netjes. Een aanwinst voor Westenschouwen, dat altijd nog was aangewezen op het moederdorp Burgh. De naam „Kuria" is een verbastering van Kure (of omgekeerd). Ds. Boerma was de samensteller van deze naam. Het symbool, dat buiten naast de deur was aangebracht, bestond uit de in elkaar verwerkte Griekse letters chi en ro, uitgebeeld in de letters x en p. De naam Chiro komt van de Griekse letters chi (χ) en rho (ρ), wat verwijst naar de eerste letters van Jezus' bijnaam, Christos, Grieks voor de gezalfde. Het is niet onmogelijk dat de naam Kure in het verleden hiervan is afgeleid. Men was zeer verheugd om dit gebouwtje, dat met financiële steun van de Oecumenische Raad van Kerken, sectie Internationale Hulpverlening, tot stand is gekomen, te mogen openen.

Bijna iedereen in Westenschouwen heeft meegespeeld bij de totstandkoming van het gebouwtje, evenals de gemeenteraad, aannemers, enz. Het was een grote behoefte om elkaar te ontmoeten in een ernstig gesprek, zo dacht men die tijd. En in een tijd van langs elkaar heen razende auto’s en brommers was dit bijna niet meer mogelijk zonder een ontmoetingscentrum. Ook werd er een experimenteel plan geopperd om zomers over te gaan tot een interkerkelijk bad-pastoraat. Zo zou er ten behoeve van eigen inwoners en vreemdelingen zondagavondwijdingen komen; vier leerlingen van kweekscholen zouden wat werk voor kinderen doen; maandagavond zou een gespreksavond worden; woensdagavond een ernstige avond met de bandrecorder en zaterdagavond een besloten instuif. In samenwerking met de Bijbelkioskvereniging, die een bibliotheek beschikbaar zou gaan stellen. „Kuria" werd geopend als badpastoraat. De kinderen van o.a. de toeristen werden met allerlei spelletjes bezig gehouden. Van 10 tot 12 uur waren dat kinderspelletjes, in de middaguren was er vaak volksdansen te zien. Op de zaterdagavonden waren er instuifavonden en op woensdagmiddag was er film en inleidingen over religieuzemuziek. Op maandagavond was er altijd een gespreksavond, dit alles met de bedoeling dat deze frisse aanpak de evangelisatie goed zou doen en vruchten af zou gaan werpen. De lampionnenoptocht trok zelfs meer dan 250 deelnemers aan. De kerkdiensten trokken ook veel gasten waaronder ook veel Duitse toeristen waardoor er zelfs een Duits predikant als “Kurprediger” werd gestationeerd. Er werden ook teams ingezet op het kampeerterrein van Duinoord aan Zee. In februari ’61 werd er ook een jongensclub opgericht door een aantal actieve jongelui. Deze jongelui kwamen al wel een tijdje tesamen in “De Kuria”, echter nu werd er een heuse club opgericht onder de naam “Spoorzoekers, de jonge Kurianen”. De club bestond uit ± 25 jonge gastjes in de leeftijd tot 14 jaar. Een grotere club kon men niet huisvestigen en in geval van nog meer aanmeldingen zou men over moeten stappen naar “De Koebel” in Burgh. De leiding kwam in handen van de godsdienstig geleesde heer L. Remmens. Het meest tere punt waren echter de teenager avonden. Het waren de jaren dat de jeugd in reuring kwamen. Dat uitte zich ook in die avonden waar muziek werd gespeeld met als inhoud, liefde, strand en bikini’s en dat was toch echt niet de bedoeling. Er werd echter een compromis gesloten met de afspraak dat die avonden zou worden afgesloten met een paar geestelijke liederen en enige spirituals. 

Brand:

Toen was het 25 juli 1963, ’s Avonds voorafgaande had men nog een geslaagde “bandrecorderavond” gehad. In alle vroegte rond 4 uur werden de omwonende gewekt door geknetter van brandend hout. Eenmaal buiten zagen zij het 16 bij 6 meter grote gebouwtje in lichter laaie staan. Eer dat de bluseenheden van Haamstede en Renesse aanwezig waren viel er al niets meer te redden. Het gebouw brandde met het volledige inventaris helemaal uit. De oorzaak was en bleef onduidelijk en was vermoedelijk ontstaan in het gedeelte waar altijd oud papier werd opgeslagen. Gelukkig was men deels verzekerd, zodat vooral de film- en geluidsapparatuur te vervangen was. Ook het aangrenzende pand “Salvia” liep aan de zijkant brandschade aan de wand op. Het pastoraat ging al snel over tot inzamelen. Vooral met de gedupeerde kinderen voorop, die nu hun gezellige zaaltje kwijt waren, werd er geld ingezameld om alvast een begin te maken met nieuwe aankopen omdat bleek dat  een deel der inventaris niet verzekerd was. De strop werd nog groter doordat een aantal boeken en film ook waren verbrand. 

Irene van Waveren
Irene van Waveren

Zo kwam het dat de bijbelkioskvereniging in dat jaar een kiosk opende op de plek waar nu Jan Midavaine met zijn trampolines staat. Het was een nieuw gebouwtje in de vorm van een alleraardigste zeshoekige kiosk, die door de firma L. C. Bom & Zonen in Burgh werd geplaatst op het parkeerterrein naast hotel „Zeelust" van de heer W. Flohil. Vanuit deze kiosk werden alle werkzaamheden geregeld o.l.v. teamleidster mej. Irene van Waveren uit Haamstede. Ze werd daarin bijgestaan door de dames G. Stutvoet uit Rotterdam, C. Dekker uit Hattum, D. v. d. Top en J. v. d. Top uit Apeldoorn en de heren Rolf Haake en Jürgen Grosse-Heitmeijer, beiden uit Lübeck (Duitsland). Deze laatsten verzorgden ter plaatse de vertellingen en spelletjes voor de Duitse kinderen. 

 

De leiding:

De leiding van het werk voor de bijbelkiosk in deze laatste periodes werd hoofdzakelijk voorgestaan door de predikanten Flink en Roodenburg, resp. uit Burgh en Scharendijke. Zij konden uit de gegevens van de seizoenen wel concluderen dat het gemis van het gebouwtje “Kuria", steeds groter werd en alle krachten zouden ingesteld moeten worden om tot een spoedige herbouw te kunnen overgaan. Een permanent gebouw zou de werkwijze van het strandpastoraat, doch ook van andere instellingen in Westenschouwen alleen maar van nut kunnen zijn. Mogelijk dat ook de interne leiding een zekere uitbreiding op zijn plaats zou zijn omdat er nog te weinig mensen wezenlijk bij het werk zijn betrokken waardoor af en toe langs elkaar heen gewerkt wordt. In de voorbereidende werkzaamheden voor de komende seizoenen zou daar zeker aandacht aan besteed worden. Het team had bijzonder veel werk verricht, niet alleen in Westenschouwen doch ook in Renesse. Om al dit werk in goede banen te leiden legde ds. Flink alleen al tussen deze beide team-steunpunten in dit seizoen 1600 km af. Maar alle goede gedachten en intenties mochten niet baten. Een nieuw gebouw is er niet meer verschenen. 

 

Grote witte tent:

Ook de activiteiten, tegenwoordig animatie genoemd, van de hand van de kerk en maatschap werden opnieuw opgepakt, dit in de vorm van een grote witte tent. Deze tent zo’n 20 bij 20 mtr. werd zoals de kiosk op het grote parkeer terrein geplaatst, helemaal achter in de hoek waar de achter uitgang naar de Kampweg is. Deze tent werd vanaf de eindjaren 69/70 nog opgebouwd tijdens de zomervakanties op het terrein wat nu Irisweg is. En wat betekende die activiteiten allemaal. Vooral voor de jeugd waren deze activiteiten bedoeld. Je kon er zoals tegenwoordig nog niet om 8 uur in de morgen terecht maar zo rond de klok van 10 uur kwamen de begeleiders met hun neus onder de dekens vandaan en kwam er leven ik de brouwerij. Je kon er aanschuiven en een eitje mee eten. Brood, kaas, ham en dan hield het wel op, meer was niet vaak aanwezig buiten nog wat thee, koffie of melk. Al snel daarop volgde het actievere gedeelte voor de kinderen. De jongste aan lange tafels kleuren, krijten, kleien, verven, plakken en knippen, er werden verhalen verteld en ze werden meegenomen voor een (korte) boswandeling. De wat oudere gingen mee boodschappen doen of alvast een handje toesteken met het klaarzetten van de andere dagactiviteiten. Deze activiteiten liepen uiteen van simpel blik- of buslopen tot fancy fair, songfestivals, strandspelen, volleybal of nachtspel in het bos met als afsluiter je eigen deeg aan ’n stok boven het vuur proberen te bakken tot ’n broodje. Natuurlijk zwart gebakken maar het werd dus gewoon opgegeten, je liet je niet kennen. Ook cinema was een bijna dagdagelijkse bezigheid, ’s middags Disney- of avonturenfilms en ’s avonds kwamen o.a. de cowboys en indianenfilms aan de beurt.  Henk de Ruiter was een van de bekende gezichten daar hij zich een 5-tal jaren heeft ingezet en goed op de hoogte was van het reilen en zeilen. Maar ook hieraan kwam in 1974 een eind. De grond werd al snel bouwrijp gemaakt en dat was het einde van “De Grote Witte Tent”. Maar wat hebben we genoten van die mooie tijd.

 

Eindnote:

Nog even terug naar ons Oostenrijks dorpje "De Kure". Vanaf het jaar 1964 kwam er zoals gezegd enige vorm en structuur in de huur, verhuur en verkoop van de woningen. De plaatselijke bevolking werd voorop gesteld om in aanmerking te komen voor een woning. Doorverhuur werd verboden, alleen verhuur via de gemeentelijke instanties werd goedgekeurd. Vanaf de jaren ’70 kwam er inmiddels veel sleet op de woningen.  Zowel interieur als exterieur waren in vele gevallen aan vervanging toe. Wat doe je dan als gemeente…verkopen natuurlijk. Dat werd ook gedaan met de nodige gevolgen. 

 

De rotonde met café-Restaurant "Zeelust" met daar linksachter de kiosk.
De rotonde met café-Restaurant "Zeelust" met daar linksachter de kiosk.